Durven we grenzeloos te vertrouwen?


We maken ons grote zorgen, over hoe het gaat aflopen met de coronacrisis. Met onze gezondheid, maar ook met onze portemonnee. Een grote onzekerheid heeft  drijfzand gemaakt, van elk stukje vaste grond dat we onder onze voeten meende te voelen. Alles lijkt ons momenteel  uit handen geslagen te worden. Al onze  veronderstelde zekerheden en denkbeelden, worden stuk voor stuk ontmaskert. We komen tot de ontdekking dat we eigenlijk heel kwetsbaar zijn. De vraag is nu; durven we nog steeds te vertrouwen, op dat het allemaal goed komt. Ook al lijkt het alsof alle poten onder onze eigen stoel volledig worden weggezaagd. Het lijkt onmogelijk, omdat we niets kunnen veranderen aan iets wat niet te veranderen valt. Maar toch moeten we er op vertrouwen dat het schijnbaar onmogelijke mogelijk is. Maar we moeten ons wel realiseren dat vertrouwen niet op afroep beschikbaar is. We moeten beseffen dat wij het niet kunnen, en dat wij het ook niet hoeven te kunnen. Maar dat we het mogen toevertrouwen aan dát wat groter is dan wij. Dat oneindig diepe vertrouwen is de bron waaruit we kracht kunnen putten. Gebrek aan vertrouwen maakt bezorgdheid mogelijk. Als deze samenhang opgaat, moet het omgekeerde ook mogelijk zijn. Dus hoe meer vertrouwen,  hoe meer onze bezorgdheid zal verdwijnen. Maar we kunnen het niet afdwingen. We kunnen het echter wel de ruimte geven en voeding geven door open te staan voor al het wonderlijke in ons bestaan. Elke keer als we ons zorgen maken kunnen we er een grenzeloos vertrouwen  aan toevoegen. Een vertrouwen dat er een werkelijkheid bestaat die alle verbeelding overstijgt. En die werkelijkheid zijn wij.

De genezende kracht van de zon


Als de zon schijnt en de temperatuur oploopt, zal  het coronavirus zwakker worden. Ook onze weerstand zal verbeteren, omdat we vitamine D opdoen in de zon. De zon is dus eigenlijk onze beste bondgenoot, in de strijd tegen het virus. Want de zon schittert voor iedereen, zonder aanzien van de persoon. Niet omdat we daar om vragen, maar gewoon uit zichzelf, zonder daar  iets voor terug te verlangen. De zon beschikt over een enorme aantrekkingskracht. Ze voorziet ons voortdurend van licht en warmte zonder zichzelf uit te putten. Ook nu er zich ‘donkere wolken’ tussen ons en haar geschoven hebben. De zon zorgt er voor dat we blijven leven. Zonder haar zouden we weldra bevriezen en sterven. Maar op dit moment brengt ze ook  licht en helderheid in de duistere wereld van het virus. Juist nu we in volslagen onzekerheid verkeren kunnen we dat goed gebruiken, om er kracht en energie uit te putten. Er bestaat geen krachtiger geneesmiddel om onze angsten en zorgen te transformeren. Wanneer we ons na een langdurige periode van onheil, voor de zon kunnen openen, zal zij ons belonen met blijdschap en vreugde. Dan verandert ze onze duistere wereld weer in een wereld van licht. Mocht haar licht toevallig ‘donkere regenbuien’, tegenkomen dan spant zich een  regenboog en betovert ze ons met prachtige kleuren. Dus heb je het nu moeilijk, laat je ‘verlichten’  door de weldadige warmte, leven brengende en genezende werking van de zon.

De geest heeft één groot verlangen


We komen allemaal uit een baarmoeder waar we een symbiotische eenheid vormden met onze moeder. In de moederschoot is in alles voorzien, we hebben geen enkele behoefte of wens. Dit geeft een paradijselijk gevoel. We ervaren een kosmische eenheid die gepaard gaat met zeer sterke extatische  gevoelens. Er bestaat geen tijd en ruimte waardoor we onszelf ervaren als puur zijn. Onbewust zijn we nog altijd op zoek naar die extatische gevoelens. Het lijkt alsof we nog steeds een soort vage herinnering aan die tijd hebben. Ergens weten we nog dat er meer is dan wij weet van hebben. Alsof we iets zijn kwijtgeraakt. Daarom zijn we zonder het te beseffen altijd aan het zoeken naar een weg terug, waarbij we hopen datgene terug te vinden wat we onderweg verloren hebben. We zoeken voortdurend naar een tovermiddel die ons daarheen brengt. We blijven alles proberen om de juiste drug te vinden. Soms proberen we alcohol, psychedelische of psychiatrische drugs. Maar ook te weinig of te veel eten, televisie kijken en sex zijn drugs. Eigenlijk is alles wat we tot ons nemen een drug. Alles wat we aanraken brengt ons ergens. Maar ook al weten we niet van ophouden,  het brengt ons nooit waar we hopen te komen. Soms dromen we van verre oorden, of dat we een stralend wit licht zijn, of staan we in andermans schoenen, maar nooit in onze eigen schoenen. Omdat we op die manier nooit onszelf terug zullen vinden.  Want ook al hebben we nog zo’n geweldige ervaring, als de drugs zijn uitgewerkt is de ervaring, wat die ook was, verdwenen. De herinnering is alles wat er van is overgebleven. Het is een copy van dat moment, niet het huidige moment zelf